De pabo is in trek

VLISSINGEN - Meer Zeeuwse jongeren zien een baan als juf of meester zitten. Het aantal aanmeldingen voor de opleiding tot leerkracht basisonderwijs aan de HZ in Vlissingen ligt twintig procent hoger dan vorig jaar. En opvallend: meer jongens willen met de hbo-opleiding beginnen.

De aandacht voor het beroep van leraren en de goede baankansen maken de opleiding populairder, vermoedt opleidingscoördinator Rinke Dellebeke. ,,In de coronacrisis hebben mensen gezien hoe belangrijk leraren zijn voor de maatschappij. Toen kinderen thuis lessen moesten volgen, werd eens te meer duidelijk dat basisscholen echt iets toevoegen. Ik denk dat het beroep daardoor meer aanzien heeft gekregen.”

Toelatingstoets

De coronacrisis maakt het voor aankomende studenten makkelijker om aan de opleiding te beginnen. Mbo’ers en sommige havisten moeten toelatingstoetsen maken om toegelaten te worden, maar dit jaar krijgen ze daarvoor langer de tijd. Ze moeten de toetsen voor 1 januari succesvol afgerond hebben, terwijl ze de toets in voorgaande jaren voor het begin van het studiejaar gehaald moesten hebben. Dellebeke verwacht dat er nog studenten zullen afvallen, omdat ze de toets niet halen. ,,Maar dit geeft ons ook kans om de jongeren beter te begeleiden bij de toetsen.”

Onder de 135 nieuwe studenten zijn meer jongens dan vorig jaar: een toename van 18 procent. In het basisonderwijs zijn juffen al jaren oververtegenwoordigd: ongeveer 85 procent van de leerkrachten is vrouw. ,,We zijn heel blij met de toename. We proberen de opleiding interessanter te maken voor jongens. Dat lijkt z’n vruchten af te werpen. De studieloopbaancoaches zijn mannen. Jongens hebben daardoor mannelijke rolmodellen. Daarnaast laten we studenten duidelijk zien dat rekenen, wiskunde, techniek, aardrijkskunde en geschiedenis ook onderdeel zijn van de pabo. Die vakken vinden jongens uitdagend.”

Vanaf het begin twee dagen per week in de klas

De HZ maakt de opleiding vanaf komend studiejaar veel meer praktijkgericht. De hogeschool heeft samen met 24 basisschoolbesturen en Scalda een praktijkprogramma opgezet onder de naam Opleidingsschool Zuidwest. Studenten gaan vanaf het eerste studiejaar twee dagen per week - onder begeleiding - in de klas aan de slag. Tot nu toe waren de studenten één dag per week in de klas te vinden. Verschillende basisscholen zijn aangewezen als opleidingslocatie. ,,De studenten lopen niet alleen mee in de klas, maar doen ook onderzoekjes naar bijvoorbeeld klassenmanagement en het voorbereiden van lessen. Zo zien ze wat wel en niet werkt.”

De HZ en de basisscholen hopen studenten met de nieuwe opzet beter voor te bereiden op de praktijk. ,,We denken dat de opleiding aantrekkelijker wordt. Steeds meer mbo’ers beginnen aan de opleiding: zij zijn gewend om in de praktijk te leren en vonden het voorheen soms pittig om aansluiting te vinden in de pabo. We denken dat we door de nieuwe opzet ook sneller kunnen zien of iemand geschikt is voor het vak.”

 

Lees het artikel hier online terug.